donderdag 25 september 2008

Kalimantan Timur

Het is nu 18.19 en iedereen is blij. Er mag gegeten worden!! Vuurwerk vliegt langs mijn oren en opeens is de internetverbinding snel, omdat niemand (behalve wij) er gebruik van maken. We zitten nu in Bontang. Ligt ten Noorden van Samarinde op Oost-Kalimantan. De afgelopen twee weken ben ik met Joost in het veld geweest en verbleven we in Kota Bangun, aan de Mahakan rivier. Helaas liepen de dingen niet zoals verwacht, maar gelukkig hebben we al afgeleerd om iets te verwachten, dus dat viel mee. Het plan was om monsters af te nemen bij uit het wild gevangen eenden en daarvoor was er dus een jager nodig. Die was al gevonden, alleen ging de jager niet jagen, omdat het volle maan was en anders de eenden hem zouden zien. Op zich logisch, maar dat betekende wachten..wachten en wachten. Gelukkig heeft Joost zijn tijd goed kunnen besteden door plotseling terug te moeten naar Jakarta, omdat hij een handtekening moest zetten voor zijn werkverguning... Drie dagen onderweg geweest, voor 10 minuten op het kantoor van immigratie. Maar het scheelde wel weer drie dagen wachten voor hem. Verder hebben we de tijd doorgebracht met vogels, dolfijnen en apen kijken vanaf een longboat, dus het wachten was zo erg nog niet. De mensen in het dorp vroegen aan ons of we er kwamen wonen, wat we bleven zo lang. Dat zegt genoeg. Het was echt heerlijk daar. Elke avond de zondondergang boven de rivier gezien en de hele sfeer rondom de ramadan blijft me intigeren. Elke avond en elke ochtend vroeg gaan er sirenes af die aangeven dat er gegeten of gestopt met eten moet worden. Iedereen zit twee minuten voor het breken van het vasten klaar met een drankje en grote borden eten. Als de sirene afgaat heerst er doodse stilte en is iedereen bezig met het aanvullen van de vocht en voedselreserves. Dat gaat zo de hele nacht door en de imam had er ook zin in. Hij zong de hele nacht, tot 4 uur ‘ s ochtend door de minarette en ik betrapte mezelf erop dat ik sommige dingen al aan het meezingen was.

Goed.. de eenden dus. Op de voorlaatste dag kregen we het bericht dat een andere jager 110 eenden had gevangen en we bloed en swabs mochten afnemen. Werk aan de winkel dus. In twee teams zijn we aan de slag gegaan en 5 kwartier later waren we klaar. Net op tijd voordat de eenden geslacht zouden worden...Om even kort uit te leggen waarom we dit doen: de eenden die gevangen worden (Belibies ofwel wandering whistling ducks) worden gevangen voor consumptie. Helaas zijn er iets teveel gevangen en zijn er niet zoveel meer over (in het zuiden hebben ze de hele populatie al uitgeroeid, en nu zijn die jagers 500km naar het Noorden getrokkenwaar die eendjes nog wel zitten). Zeggen dat het zielig is, of dat er nog maar weinig zijn: daar wordt de handel niet mee stopgezet. Dus probeert WCS het op een andere manier. Namelijk door via de afgenomen monsters aan te tonen dat wild gevangen vogels ziektes bij zich kunnen hebben, en die op mensen overdragen en daardoor met rust gelaten moeten worden en de markten dicht te gooien waar die eenden verkocht worden. Helaas voor de huidige eenden, maar hopelijk kunnen we via hun monsters ervoor zorgen dat de handel in deze eenden stop wordt gezet of in ieder geval restricties krijgt. Het zijn namelijk hele leuke eenden, die het geluid maken van badeendjes en daarbij zijn ze ook nog eens heel erg mooi..

Gisteren is de collega van Joost vertrokken naar het zuiden om de monsters aan het laboratorium daar af te geven en hebben wij nu een paar dagen om het Kutai National Park te bekijken. Maar dat gaat zomaar niet...;) Vandaag bleek dat we net naar binnen mochten, omdat het visum van Joost verlopen is en het nieuwe visum uiteraard nog in Jakarta ligt. Als het goed is wordt dat vandaag gefaxt en kunnen we morgen de toegangsbrief ophalen om het park binnen te gaan.Ze zijn ook erg bang dat Joost stiekem onderzoek gaat doen in het park, dus we hebben een paar keer moeten uitleggen dat dat niet zo is. Tja.. je moet er iets voor over hebben om Orang Oetangs te zien! We zijn dus nu gestrand in het gehucht Bontang. Voor het bezoeken van nationale parken heb ik niet het goede vriendje uitgekozen, maar verder is ie wel ok. ;)

Ik heb echt bewondering hoe hij met de mensen hier omgaat en dat bedoel ik vooral de collega’s hier. Ik heb het nu twee weken mogen meemaken en de dingen werder er voor mij niet duidelijker door. Aangezien men overal ja op zegt komt t wel eens voor dat je klaarstaat met je spullen om te vertrekken maar dat dan blijkt dat de plannen veranderd zijn, zonder dat even te vertellen. Je wordt er wel flexibel van, maar of het efficient is?? Vaak niet en moet je je neerleggen bij de beslissingen die door hun genomen zijn, omdat je helemaal niets bereikt met je druk maken en op je strepen gaan staan. Je kunt zelf, als blanke, ook niets bereiken, want ze zijn hier niet echt blij met de blanken en zien ze liever gaan dan komen. Sommige dingen weet je zelf ook niet, want hoe kan je nou verzinnen dat het praten met een jager volgens een bepaalde stuctuur gaat en je er minimaal een week voor uit moet trekken om hem ervan te overtuigen dat het goed zou zijn als we monsters zouden afnemen?!

Hoe dan ook. Een geweldige ervaring hier, weer veel geleerd en ook wel weer een beetje blij dat we zondag naar huis vliegen om te kijken hoe het daar is en hoe groot de kleine Baru gegroeid is.

maandag 8 september 2008

Idul Fitri

Oftewel het suikerfeest. Dat is waar iedereen een maand naartoe leeft, dmv vasten. Tussen het ochtendgebed en het avond gebed mag er dus niet gegeten gedronken en gerookt worden. Zoals Carola ook al schreef: het is wel een heel mooie sfeer rond de gebedstijd, en verder de hele dag door eigenlijk ook..

In mijn hotel kreeg ik mijn ontbijt om 0400 de kamer opgebracht, en daarna ook nog een keer om 0700 (was kleine miscommunicatie, maar op zich aardig dat ook aan de niet-moslim medemens wordt gedacht....). Het lijkt trouwens sowieso dat het leven zich meer tussen 0400-0800 s'ochtends afspeelt - dan is iedereen helemaal actief hier in Zuid Kalimantan, wat NOG moslimmer is dan Bogor, en er dus echt om de 50m een moskee is te vinden...

Nou was die Mohammed zo slecht nog niet, en had het volgende bedacht: als je van huis bent, heb je het al moeilijk genoeg, en mag je best wat eten of drinken. Maar wanneer ben je nu echt op reis? Als je nog een dag te gaan hebt voordat je op zn snelst thuis kan zijn (waar het vrouwtje het eten klaar heeft ;-).
De gemiddelde kameel met bepakking deed zo’n 60km op een dag, dus die afstand werd vastgelegd. Somewhere along the line heeft iemand beslist dat die afstand voor hedendsaagse kamelen best te overbruggen is, dus is er 90 km van gemaakt.

Z. Maakt van deze gelegenheid dankbaar gebruik, al rookt, eet, en drinkt hij overdag “wel iets minder dan normaal...”.
Hij vind het "helemaal niet erg" om in deze tijd in het veld te zitten...
Volgende ramadan geef ik trouwens de verstokte rokers die de hele dag op kantoor chagrijnig zitten te zijn een buskaart naar Bandung, mogen ze daar met hun laptop gaan zitten werken en roken. :-)

Kalimantan, Borneo pt 1

Banjarmasin in het zuiden was de plek van aankomst, en tevens de plaats waar het veterinair staatslab staat, en waar ik weer een hele dag mocht pipetteren (jeeej!). Het nadeel van stadsbezoeken is dat je zo weinig meekrijgt van het eiland waar je bent – zeker als je de hele dag in het lab zit
*btw: als je op een slecht zittende stoel voor een flowkast zit zonder beenruimte in een niet-geairconditioneerd lab dan klinkt zelfs de 17e verdieping op de Erasmus aantrekkelijker dan naar Kalimantan gaan..*

Ik zit nu in de auto naar Amuntai, en dat geeft gelegeheid tot denken:
een van de dingen die meteen opvalt in Banjarmasin is de honderden meters lange rijen voor de benzinepompen. Nou blijkt dat de vrachtwagens van de koolindustrie alle voor hun gereserveerde diesel opgebruiken.
hier komt het rondjesdenken als je lang in een auto zit, en het komt een beetje hierop neer: die koolbedrijven doen vaak ook in olie. Olie was handiger/beter dan kool, dus gingen we oa diesel gebruiken. Dat doen we zo goed met zn allen, dat de diesel op raakt. Dan gaan we maar weer kool ophalen (er zijn op dit eiland nog genoeg stukken oerwoud die nog niet helemaal omgeploegd zijn) – maar daar hebben we weer diesel voor nodig, waardoor de diesel nog sneller opgaat. Hmm. Dan maar biodiesel gebruiken - en dat is “ook nog goed voor het milieu”, maarja, daar moet je dan weer een biodiesel plantage voor bouwen op de plek van dat oerwoud, wat je eigenlijk wilde uitgraven om kool te halen.... Nog best een lastige beslissingsboom voor die jongens in de diesel industrie.... het mooie is dan wel weer dat diesel hier "solar" heet, en je dus eigenlijk kool met 'solarpower' uit de mijn haalt...*

(trouwens:het feit deat ik hier, als treehugging hippie, over nadenk vanuit een auto die me honderden kilometers verderop brengt is niet een discussiepunt in de comments..)

Maargoed, waar was ik:
Die koolvrachtauto’s mogen niet naar een gewone pomp gaan, maar er zijn genoeg Indo’s die snel doorhebben als er ergens geld valt te verdienen door relatief weinig te doen. Dus gaat iedereen diesel tanken, dat zo snel mogelijk weer uit de tank pompen, om die in een van de honderden stalletjes langs de weg te verkopen, en de auto weer terug te sturen naar de pomp.... Er zijn dagen dat je meer dan 24 uur moet wachten voor de pomp, maar die mensen staan in de rij als hun werk – en dat kunnen ze goed.
Als je gewoon ergens naartoe wil gaan, en niet eerst uren wil wachten, dan staat er om de 10 meter wel een vriendelijke meneer met brandende sigaret in de mond en trechter in de hand die graag een aantal liter diesel voor je uit z’n vat schept...

gasten

[beetje oud bericht]
Soph en Kevin waren de eerste gasten – met de 3 maanden oude Kyra in het vliegtuig zodat de godfather en carola die kleine konden meemaken als baby. Ontzettend leuk dat ze al zo snel kwamen, maar wel heel raar. Begin je net een beetje je draai te vinden hier, komen er opeens allemaal mensen ‘uit het vorige leven” langs – die bekende gezichten hoorden niet in dit plaatje thuis leek wel. Maar dat gevoel was maar heel kort. Al snel was het heel normaal dat het hele gezin bij ons door het huis heen liep. Wat ikzelf heel leuk vond was dat wij een heleboel dingen waar zij zich over verbaasden in Indo niet meer als zo vreemd ervaren, en dus is het wel grappig om dat weer soort van te herbeleven. Verder was het natuurlijk leuk om bij te praten, en dingetjes uit nederland te krijgen – waarvoor dank.
Ik kon veel thuis werken, en heb mijn eerste oppas-taak goed volbracht. Stiekem ontroerde me dat meer dan ik dacht, toen ik met die kleine op m’n kantoortje zat. Van thuiswerken was toen ook niet veel gekomen...
Kyra dronk, boerde, poepte, en lachte alsof het de normaalste zaak van de wereld was dat ze in Indo zat (lijkt nu al op haar godfather). Kleine zweetdruppeltjes en muggenbultjes (grappig hoe die eruit zien bij zo’n klein kindje, zeker op de neus) waren de Indo extras, maar ook dat deed haar niet zo veel..
En Milan: ik denk nog steeds “Ikke Bommer e-eest met oo-oost” als ik op de vespa zit, en “Een-Tee-DLLLie!!!” gebruik ik te pas en te onpas..
Mango’s zoeken in de tuin is ook een stuk minder leuk zonder die kleine..


Zoals carola ook al schreef – het afscheid is wel lastig als je de auto de straat ziet uitrijden, maar de volgende gasten kwamen snel. En ook dat was wel heel fijn. Met z’n drietjes de slingers en andere versiering ophangen voor de verjaardag, leuke gesprekken – heel fijn om te zien hoe ze genoten van ons gewoon daar zien wonen...
carola heeft het uitgebreid besproken, dus ik hou dit kort (moet ook over 30 minuten weer de bush in)
Maar ik vond het ontzettend gezellig, en leuk om de ‘schoonouders’ wat beter te leren kennen..

Wat ik verder van het verblijf van Bob en Margot heb geleerd? – dat ik toch echt moet gaan golfen ;-)

sidekick

[beetje oud bericht]
Na veel gewik en geweeg, en meerdere bezoeken aan autowinkels, hadden we in de eerste week dat soph, kevin en kids hier waren de keus gemaakt – was ook wel zo handig om een auto te hebben als er gasten zijn.
Op zich redelijk simpel, dat samen een auto kopen: ik heb mijn wensen (4x4 – ik wil in de national parks overal kunnen rijden, verder maakt het me niets uit – oh, eventueel een goede stereo, al kan ik die er later ook in laten zetten), Carola die van haar (niet te groot, niet te macho, iets wat zij ook durft te besturen – en kan inparkeren, stuurbekrachtiging, niet al teveel kilometers op de teller, zuinig in verbruik, zo lang mogelijk vooruitbetaalde wegenbelasting, airconditioning, beenruimte voor passagiers op de achterbank, 5 deurs, mooi interieur en bekleding, goede kleur, aardige verkoper –dat was dus echt een reden om een goed uitziende auto niet te kopen - , etc, etc), en samen komen we er wel uit.

Lang verhaal kort: bij het lijstje van Carola kan alles afgestreept worden, en bij mij? euh... even kijken hoor, euh: he-le-maal NIETS... Wij noemen dat ‘een compromis’ ;-)

Maar: “hij lijkt wel een beetje op een jeep, dus is het best wel een mannelijke auto, toch?” Ja hoor liefie, alleen een beetje bi-curious mannelijk autootje... Ziet er mannelijk uit, maar je moet er wel voorzichtig mee zijn..
Zo is er ‘afgesproken’ dat manlief best soms jungleboy mag spelen, maar niet in onze ‘op een jeep lijkende’ auto, want het is zonde om met een nieuwe tweedehands op een hobbelige-ongeasfalteerde weg te rijden....
Maar ook dat is deel van het compromis ;-).
Ik wilde een radio, en die heben we – inclusief cassetterecorder. Nou is dat goed nieuws, want je kan hier namelijk gewoon de nieuwste muziek officieel op cassettebandje kopen. En dat vind ik stiekem toch wel weer super cool (jammer van die grote kist met bandjes die ik heb weggegooid in nederland omdat ik dacht die nooit meer te gebruiken, maar ach.). 1 dag na aankoop waren tevenws de eerste bandjes gekocht – heerlijk om in een platenwinkel te lopen en cassette bandjes te kopen....
Jammer dat 3 dagen na aankoop de radio het begaf.

Na het eerste akkefietje met een niet goed sluitende radiator deksel doet de auto het trouwens prima – ook in de bergen, door de regen, etc

zondag 7 september 2008

Cacing

Nog even een stukje over de jeugd in de buurt. Elke dag spelen de kinderen uit de kampung voor de deur en ik had al snel vriendjes gemaakt. Zo af en toe ga ik bij ze zitten en vertel ik over Nederland. Ze vragen me het hemd van het lijf en vinden het maar raar dat de mensen in Nederland aardappels en brood eten. Er gaat hier een gezegde dat zegt: hoe meer brood een mens eet, hoe slechter zijn Bahasa Indonesisch is. Misschien niet helemaal goed vertaald, maar ik vind het wel grappig. Misschien is dat de reden dat ik niet echt meer vooruit ga met de taal. Ik op mijn beurt leer weer wat straattaal bij en ken inmiddels al de bijnamen van iedereen. Op een gegeven moment kwamen ze erachter dat er best wel wat speelgoed in huis aanwezig was en zodoende wordt er nu voor de deur gebadmintond, gefrisbeed en gevoetbald. Op een dag ging ik een keer naar de warung op mijn oogverblindend mooie, rode kronan fiets. Dat hadden ze dus net gezien en ik was de pineut. Op toerbeurt mochten ze achter en voorop en reed ik berg op en af door de buurt. Het zijn er dus een stuk of 15, dus je kunt je voorstellen hoe afgepeigerd ik was na het 5e rondje. (Het speelt zeker ook mee dat het die dag 34 graden was..) Sindsdien ben ik de “Ojek” van de buurt. Een Ojek is een brommer taxi.

Ik leer ze af en toe ook wat Engelse woorden en laatst zaten we met z’n allen op straat de woorden door te nemen die ze die dag op school geleerd hadden. Dat waren dieren en planten. Toen we bij de insecten aankwamen en ik niet helemaal begreep wat ze nou bedoelde met “cacing” wees er 1 naar de broek van de allerkleinste, waar in zijn kruis een gat te zien was. Iedereen gierde van het lachen, maar bij mij was het kwartje nog steeds niet gevallen. Toen ik later het woordenboek erop na sloeg bleek het dus “worm” te betekenen. Echt te grappig en weer wat geleerd.

zaterdag 6 september 2008

Ramadan 2008

Het is alweer een tijdje geleden dat er een update is geweest van onze kant. Mijn ouders zijn hier twee weken geweest en we hebben ons goed vermaakt. De nodige uitstapjes gedaan en geluierd op de veranda. Wat is het dan toch heerlijk om een auto te hebben. Binnen 4 uur waren we aan het strand van Pelabuhan Ratu, aan de zuidkust van West Java en hebben we ons tegoed gedaan aan vis en bier. Helaas bleek ook hier dat een bikini niet helemaal in de mode is en ben ik lekker ouderwets in broek en shirt de zee in gegaan. Het went vanzelf. De terugreis was iets minder lekker, want we hadden besloten om door een tropische regenbui terug naar huis te rijden. Een hele uitdaging kan ik vertellen. De weg is al niet al te best, maar als er liters water over heen stromen ben je blij dat je de inhaalactie van een gestoorde buschauffeur weer hebt overleeft. Gelukkig veilig thuisgekomen en Udin was weer blij dat hij de auto mocht wassen. Dat is echt zijn favoriete bezigheid. Elke dag poetst en boent hij onze bolide schoon en lijkt blij te zijn als we weer eens door de modder zijn gereden. Ieder zijn ding.

Mijn ouders hebben zich hier goed vermaakt. Mijn vader kan nu vol trots vertellen dat hij in Bogor gegolfd heeft en dat hij een caddy had, zodat hij niet zelf zijn ballen hoefde op te rapen. Hij wordt tenslotte ook al een dagje ouder. Ik denk dat ik al weet waar hij volgend jaar zijn vakantie gaat doorbrengen en dat is niet in eigen land… Samen met mijn moeder naar de markt geweest om batik en andere stof te kopen en ’s avonds heeft ze voor mij in 1 uur een nieuwe broek in elkaar genaaid. (ze hebben mijn maat hier niet echt, ben te dik..)Ook zij mag vaker langskomen. Heerlijk om te kunnen genieten van de aanwezigheid van je ouders en te zien dat ze genieten en zich welkom voelen. Afscheid nemen is moeilijk op zo’n moment. Dat was hetzelfde met Sophie en co. Zodra ze de straat uitrijden val je weer in de dagelijkse gang van zaken en mis je de drukte. Maar het is ook wel weer lekker om met z’n tweetjes een koud biertje open te trekken en te praten over de dagelijkse dingen. Heel dubbel allemaal.

Gelukkig zijn momenteel Suzan en Frank op bezoek, dus lang stil is het niet geweest. Ook met hun doe ik leuke dingen. Joost is afgelopen donderdag naar Kalimantan vertrokken voor drie weken en ik volg hem aanstaande woensdag om mee te helpen in het project. Gisteren zijn we met z’n drieën naar de Botanische tuin van Cibodas geweest, via de Puncak pas en heb ik mijn links rijden en inhalen op smalle berg weggetjes flink kunnen verbeteren. Ik had ze voor het veiligheidsgevoel maar even niet verteld dat dit mijn eerste keer was, dat ik een lange afstand door de bergen reed. Wel zo rustig voor mij en voor hen. Ook een tropische regenbui kon niet ontbreken aan het einde van de dag, dus dat heb ik ook maar gelijk gehad. Gisteren avond zijn we uit eten geweest met vrienden van mij, die ook weer vrienden uit Nederland over hadden. Aangezien het Ramadan is momenteel valt er na 9 uur weinig te beleven in de stad en heb ik iedereen maar uitgenodigd na het eten om hier gin-tonic en wijn te komen drinken. Dat was een succes. Ouderwetse Nederlandse humor en flauwe grappen. Heerlijk.. Om een uur of twaalf zwalkte iedereen naar huis, dus had ik goed werk geleverd!!

Ja, de Ramadan. Het is me wat. Niet eten en drinken gedurende de dag, terwijl het vaak meer dan 30 graden is. Om 18 uur ’s avonds morgen de mensen weer eten en hoor je overal potten en pannen rammelen in de buurt. Om 19 uur verzamelen zich honderden Moslims voor de deuren van de moskee om de hoek om het avond gebed te doen. Wat een mooi en sereen gezicht is dat. De vrouwen en meisjes van top tot teen in lange witte gewaden gekleed en de mannen met traditionele sarongs aan en een hoofddeksel op (waarvan ik de naam even vergeten ben) Iedereen lijkt meer interactie met elkaar te hebben en zelfs het gebed is voor zowel mannen als vrouwen tegelijk. Normaal gesproken is er een aparte tijd voor mannen en vrouwen, bij deze moskee. Op straat zijn alle eetgelegenheden dicht en je ziet niemand eten of drinken op straat. Ik probeer dat te respecteren, maar ben blij als ik na drie uur rondlopen op de markt en 2 liter zweet kwijt ben een Starbucks tegenkom, waar ik een heerlijke ijs koffie kan drinken. Weliswaar achter ramen die bedekt zijn met gordijnen, zodat de vastende Moslims niet geconfronteerd hoeven te worden met dit soort bezigheden, maar het smaakt er niet minder lekker door. De prijzen van het voedsel gaan ook dramatisch omhoog in deze tijd en de markt is al snel uitverkocht, waardoor het af en toe echt zoeken is naar de juiste ingrediënten. Udin en Fifi vasten ook en dat heeft zeker invloed op het arbeidsethos. Fifi zit om twee uur ’s middags wit weggetrokken in de keuken en Udin heeft drie dagen nodig om het gras te knippen. Ik kan het wel begrijpen en Fifi is dan ook erg blij als ze eerder naar huis kan en Udin doet gewoon een dutje extra. Alles wordt dan ook uitgesteld tot na de Ramadan. Zelfs de reparatie van ons half ingestorte dak. Er is gewoon niemand te vinden die bereid is om deze grote klus op te knappen. Nou maar hopen dat het dak het nog even volhoudt, aangezien het regenseizoen al is begonnen en er bijna elke middag wolkbreuken plaatsvinden die zo heftig zijn, dat je elkaar niet meer kunt verstaan. Inshallah!

Ik vergeet bijna te schrijven dat mijn verjaardag een succes was. Ik werd 30 en was al een tijdje in ontkenning. Maar met de aanwezigheid van mijn ouders en Joost is dat niet geheel gelukt. ’s Ochtends is er voor me gezongen en heb ik cadeaus gekregen. Dikke tranen met tuiten, toen ik een grote envelop open maakte, die van mijn vriendinnen in Rotterdam bleek te zijn. Ze hadden allemaal iets geschreven en een mooie armband en verwenspulletjes ingepakt. Op zo’n moment zou ik wel eens in Nederland willen zijn en een terrasje pakken met vriendinnen en kletsen tot je niet meer kunt. ’s Avonds belde vriendinnen uit Amsterdam en die heb ik katje-lam te woord gestaan omdat we net terug kwamen uit een restaurant waar we de hele bier voorraad hadden opgedronken. Gedurende de dag leek het me namelijk toch wel een leuk idee om de mensen die ik hier ken uit te nodigen voor een drankje. Dat was dus gelukt!!

Woensdag dus naar Oost Kalimantan voor drie weken, waar we gedurende die tijd veel markten gaan bezoeken om bloed af te nemen bij ganzen en andere vogels. Heel vervelend is ook nog dat we sponsers van de WCS gaan ontmoeten om samen met hun een reis door een national park te gaan maken en oerang utans hopen te zien. Joost zegt vaak terecht: “kijk nou, waar ik allemaal naartoe mag en ik wordt er nog voor betaald ook..”